Het Paramyxovirus is een virus wat voorkomt bij duiven. Bij pluimvee komt deze ziekte ook voor, beter bekend als pseudovogelpest of Newcastle Disease (NCD). Het is een erg besmettelijke ziekte en omdat de pluimveesector hier veel schade aan kan ondervinden is dit een aangifteplichtige ziekte. Duiven die wedstrijden vliegen moeten daarom verplicht ingeënt worden. Ondanks deze vaccinatie kan het virus niet compleet worden uitgeroeid. Een gevaccineerde duif kan namelijk nog wel drager zijn van het virus en deze overbrengen naar een duif die niet is gevaccineerd. De incubatietijd van dit virus kan variëren van drie dagen tot vijf weken.
Dit virus tast de nieren van het besmette dier aan. Hierdoor ontstaat PU/PD, veel plassen en veel drinken. Ontlasting en urine ziet er bij vogels natuurlijk heel anders uit dan bij een hond/ kat of mens. Een witte troebele vloeistof met een donker stukje is een normaal beeld van ontlasting van een gezonde vogel. De witte vloeistof is de urine en het zwarte hoopje is de ontlasting. Doordat een duif met Paramyxo meer drinkt, maakt hij meer urine aan en zal hij veel meer en waterige witte vloeistof uitscheiden. Dit zal vaak gezien worden als diarree en niet meteen herkend worden als een van de symptomen van het virus.
De meer herkenbare symptomen komen tegenwoordig niet veel meer voor. Het dier krijgt last van verschillende zenuwaandoeningen zoals trillen en verlammingen. Ook een typisch verschijnsel is een gedraaide nek. Gelukkig treden deze vervelende symptomen tegenwoordig niet veel meer op. Het gevolg is wel dat het virus minder snel herkend wordt.
Helaas is er tot op heden nog geen geschikte therapie gevonden. Het is verstandig om de duif extra elektrolyten (zouten) te geven, zodat ze dit niet teveel verliezen via de urine. Natuurlijk is voorkomen beter als genezen. Het is daarom verplicht om duiven die meedoen aan wedstrijden en shows te vaccineren. De vaccinatie moet elk jaar herhaald worden en moet minstens drie weken voor het begin van het vluchtseizoen. De jonge vogels kunnen vanaf zes weken gevaccineerd worden, maar negen weken heeft meer voorkeur. Ook de late jongen moeten niet vergeten worden.
Geschreven door Lieke en Jenneke
